Een interessant kenmerk van deze robot is dat hij door de gepulseerde beweging tamelijk zuinig met energie omgaat.
Materialen en gereedschappen voor montage:
- een printplaat met een dikte van 1-1,5 mm (folie aan één zijde);
- soldeerbout met soldeer;
- draden;
Alle radio-elementen zijn te zien in de tabel.
Hoe de robot werkt en wat hij kan doen
Direct na het inschakelen van de stroom begint de robot te werken, daarnaast knippert er een LED op, wat aangeeft dat de pulsgenerator correct werkt. De robot reageert op licht, dit komt doordat er een fotocel op is geïnstalleerd. Als je een zaklamp op een robot laat schijnen, zal hij heel snel lopen.
Op de afbeelding geven de cijfers de elementen van de robot aan en worden hun functies beschreven:
1. LED HL1. Het signaleert de werking van de pulsgenerator.
2. Trimmerweerstand R2, ze kunnen de pulsbreedte aanpassen.
3. Batterijhouder.
4. Smart-Sumo robotmodusschakelaar.
5. Schakel om de robot uit te schakelen.
6. De HL2-LED gaat branden wanneer de batterij bijna leeg is.
Nu een paar woorden over de robotmodi.
De SMART-modus activeert de fotoresistor van de robot, dat wil zeggen dat hij begint te reageren op licht. Hoe feller de verlichting, hoe actiever de robot beweegt. In het donker rijdt de robot heel langzaam of schakelt hij volledig uit.
Wat betreft de SUMO-modus, wanneer deze is geactiveerd, begint de robot verschillende kleine objecten te vangen en te verplaatsen, bijvoorbeeld als luciferdoosjes. Deze functie kan worden ingeschakeld in wedstrijden tussen vergelijkbare robots. Gebruik de SB2-schakelaar om de functie in te schakelen.
De robot kan in twee opties bewegen: rijden of lopen. Je kunt elke combinatie van beweging maken die afwisselend zal zijn.Tijdens het rijden draait de motor gelijkmatig en rijdt de robot heel soepel. Tijdens het lopen worden impulsen aan de motor doorgegeven en deze beweegt schokkerig.
Een ander interessant feit is dat de robot is uitgerust met een noodstroomsysteem. Wanneer de batterij bijvoorbeeld begint te ontladen, activeert de robot een stroomcircuit waarin de spanning rechtstreeks naar de motor gaat. Hiermee kunt u de algehele prestaties van de robot ongeveer twee keer verhogen.
Robot montageproces:
Eerste stap. Het principe van de robot
De pulsgenerator is gemaakt op een NE555 timerchip. Wanneer licht de fototransistor VT1 binnenkomt, neemt de weerstand en frequentie af, en in dit opzicht verandert ook de pulsduur op de DD1-chip. Wat het uitgangssignaal DD1 betreft, daaruit worden rechthoekige stroompulsen uitgezonden, die in tegenfase worden toegevoerd aan de M1-motor en de HL1-led. De LED gaat dus branden wanneer pauzes tussen pulsen worden gevormd en de motor M1 wordt ingeschakeld met een negatieve puls. Meer details over hoe de robot werkt, zijn te zien in het diagram.
Stap twee We monteren radiocomponenten
Om een bord te maken, moet je de tekening op een A4-vel afdrukken. Voor buitvertaling moet je een thermische plaat printen, hiervoor wordt een laserprinter gebruikt. Nadat je het bord hebt gemaakt, moet je de tracks controleren op kortsluiting. Vervolgens wordt een op papier gedrukt circuit genomen en op het bord gelijmd zodat alle gaten samenvallen. Welnu, dan kunt u doorgaan met de installatie van radio-elementen. Na montage van de socket kun je de DD1 chip erin plaatsen. Fotoweerstand VT1 moet over de volledige lengte van de poten worden geïnstalleerd. Nadat de fotodiode is geïnstalleerd, moet deze worden gebogen zodat de voorkant omhoog kijkt.
Stap drie Installeer referentiecondensatoren en motor
Condensatoren genaamd C2, C3, C4, C5 zijn geïnstalleerd aan de zijkant van live tracks. De poten van de condensatoren worden in de gaten gestoken en aan de andere kant worden ze gebogen en gesoldeerd.
De auteur installeert de motor met hete lijm. Het wordt aangebracht vanaf de zijkant van stroomvoerende sporen, de plaats van installatie van de motor wordt aangegeven door een cirkel. Je kunt de lijm verwarmen met een soldeerbout. Welnu, nadat de motor is gelijmd, kunt u de uitgangen aan het bord solderen.
Stap vier Robot wiel
Om ervoor te zorgen dat de robot beter kan communiceren met het oppervlak tijdens het verplaatsen, wordt aanbevolen om een stuk cambric op zijn schacht te doen. Met zo'n verfijning zal de robot veel sneller over het oppervlak bewegen, naarmate de grip verbetert.
Stap vijf Batterij installatie
Om ervoor te zorgen dat de batterij tijdens het gebruik niet op de robot glijdt, moet deze goed worden vastgemaakt. Gebruik voor deze doeleinden geïsoleerde lange paperclips. U-vormige klemmen die op maat van de batterij passen, moeten uit de clips worden gebogen en vervolgens op het bord worden gesoldeerd.
Stap zes De robot aanzetten en controleren
De robot wordt ingeschakeld door de SB1-schakelaar, terwijl hij zou moeten gaan bewegen, en de HL1-LED zal er ook op knipperen. Vervolgens moet u de robotmodi controleren, inclusief de bijbehorende schakelaars.
Als de robot niet werkt zoals het hoort, is het probleem soms heel eenvoudig te vinden. Speciaal voor deze doeleinden voegt de auteur een speciale plaat bij voor het oplossen van problemen.